Refr:
Comment ca va, comme ci, comme ci, comme ca.
Tu ne comprendre a l’amour,
restez la nuit, restez toujours.
Comment ca va, comme ci, comme ci, comme ca.
Tu ne comprendre a l’amour,
restez la nuit, restez toujours.
`s Avonds aan de Seine, in een discotheek.
Zag ik toen die kleine, die lachend naar me keek.
Zij liep plotseling in mijn richting, dat was toen mijn kans.
Ik zocht snel naar m’n woorden, zei toen in m’n beste Frans.
Refr.
Denk ik aan dat meisje, dan raak ik van de wijs.
Nachten kan ik dromen, van die tijd daar in Parijs.
We waren aldoor samen, samen bij elkaar.
Maar lang mocht dat niet duren, nu ben ik hier en zij is daar.
Misschien dat ik ooit terug ga, ik wou maar dat dat kon,
dan zeg ik weer die woorden, waar alles mee begon.
Refr.